Jan Pronk

Een boek waar je hart van open gaat

Collega’s wereldwijd. 1975 – 2015 Veertig jaar internationale vakbondssolidariteit. Utrecht: 2015

Voor u ligt een boek waar je hart van open gaat. Het is een geschiedschrijving over internationale solidariteit. Daar kun je anno 2015 heel somber over zijn. Dat ben ik dan ook. Waar is de solidariteit met de mensen in Griekenland aan wie vanuit Europa, en ook vanuit Nederland, een neoliberaal beleid wordt opgedrongen dat leidt tot werkloosheid, armoede en afbraak van voorzieningen? Waar is de solidariteit met mensen die in eigen land geen redelijk bestaan kunnen vinden en naar Europa migreren? We noemen hen denigrerend economische vluchtelingen, een minderwaardig soort. Als het echte vluchtelingen waren, zouden we wel een plaats voor hen willen inruimen. Maar zijn we echt solidair met mensen die vluchten uit landen waar oorlog woedt? Er zijn onder hen op weg naar Europa al teveel slachtoffers gevallen om dat te kunnen beamen.

Waarom stemt dit boek toch hoopvol? Je kunt het lezen en bevangen worden door nostalgie: ‘vroeger was het beter. Toen waren we nog solidair … ‘. Maar je kunt het ook lezen om inspiratie op te doen: ‘inzet voor solidariteit, mits goed georganiseerd, maakt verschil’. Het uiten en in praktijk brengen van internationale solidariteit, zoals de vakbeweging in de afgelopen halve eeuw heeft gedaan, heeft concrete resultaten opgeleverd. De vakbeweging wist: solidariteit is meer dan hulp. Politieke, financiële en technische steun aan de vakbeweging in landen waar vakbondsrechten en andere mensenrechten worden geschonden heeft effect gehad. Dat blijkt uit de verhalen in dit boek en uit de reacties van de partners overzee. Zij wisten: we staan er niet alleen voor; er zijn medestanders, op wie we een beroep kunnen doen.

Dat pakte goed uit wanneer de vakbeweging niet alleen werkte in stilte – dat is soms noodzakelijk – maar tegelijkertijd in Nederland en op het internationale toneel actie voerde als pleitbezorger voor kwetsbare groepen in andere landen: mensen die werden uitgebuit of onderdrukt. Dat betekent lobbyen bij autoriteiten en bedrijven in Nederland en de eigen achterban mobiliseren. Soms moet de boodschap worden uitgedragen dat internationale solidariteit iets kost, dat die kosten moeten worden opgebracht, maar dan wel eerlijk moeten worden verdeeld. Ook dat vraagt politieke actie. Dit boek laat zien dat de Nederlandse vakbeweging haar verantwoordelijkheid niet uit de weg is gegaan.

Globalisering, technologie, liberalisering van markten, de macht van transnationale ondernemingen en van het financiële kapitaal hebben de arbeid van mensen grondig veranderd. Uitbuiting van arbeid is opgevolgd door uitsluiting van mensen, door hen toegang te ontzeggen tot fatsoenlijk werk. Intussen zijn we in een derde fase beland: die van de uitstoting, op grote schaal. Mensen die werk hadden, een huis, toegang tot voorzieningen, of een stukje land om dat te bebouwen, wordt dat ontnomen. Zij worden werkloos gemaakt, dakloos, landloos, verpauperd, ontheemd, balling in economisch opzicht. Dat vraagt om nieuwe vormen van solidariteit. Wanneer de politiek het laat afweten en maatschappelijke organisaties zijn verzwakt, is er voor de vakbeweging in de komende jaren nog veel werk aan de winkel.

 

Voorwoord in: Roeland Muskens, Collega’s wereldwijd. 1975 – 2015 Veertig jaar internationale vakbondssolidariteit. Utrecht: LM Publishers (in samenwerking met FNV Mondiaal), 2015.