Jan Pronk

Gaza. Een aanklacht

Rijnstraat 8, Den Haag, 16 januari 2025

Gisteren is een akkoord bereikt tussen Israël en Hamas, maar intussen gaan de bombardementen door. Ook deze week vielen iedere dag en iedere nacht tientallen slachtoffers. Niemand in Gaza was veilig, nergens. Mensen werden opgedragen ergens anders heen te gaan, waar het wel veilig zou zijn, maar ook daar werden ze met bommen bestookt. Grote delen van Gaza zijn met de grond gelijkgemaakt. Ziekenhuizen werden aangevallen. Artsen en hulpverleners zijn doelwit van Israëlisch geschut. Zesenveertig duizend mensen zijn gedood. Het werkelijke cijfer ligt veel hoger.

Daarom zitten en staan jullie hier, nu al meer dan een jaar. Het doden moet stoppen. Politici kunnen daar een eind aan maken, maar dat hebben ze niet gedaan. Ze keken weg. Ze hanteren spitsvondige redeneringen. Ze verschuilen zich achter juridische prietpraat. Ze beweren dat ze pas kunnen oordelen als een onderzoek heeft plaatsgehad. Maar dat komt er niet. En als het Internationale Strafhof en het Internationale Gerechtshof politici oproepen om alles te doen om genocide te voorkomen, zeggen ze dat genocide niet is geconstateerd en dus niet kan worden voorkomen. Dat is een cirkelredenering. Hoor wat minister-president Schoof zei op een persconferentie vorige maand: ‘Het Nederlandse beleid is zoals het is en dat gaat niet veranderen. De rode lijn is nog niet overschreden’. Het is dezelfde uitvlucht als toen Rutte zei: “Het gaat om het recht op zelfverdediging. Dat steunen we onvoorwaardelijk”. Noch het begrip ‘zelfverdediging’, noch de zogenaamde ‘rode lijn’ is ooit gedefinieerd. Kennelijk is de rode lijn niet eens getrokken. En zo ja, dan verschoof die met de dag.    Schoof steekt zijn kop in het zand en Veldkamp, Brekelmans, Klever en hun collega’s doen alsof hun neus bloedt.

Daar komen ze mee weg. Vele mensen in Nederland raakten afgestompt door het nieuws en gingen het beschouwen als het nieuwe normaal.

 Jullie wilden je daar niet bij neerleggen. Jullie komen iedere week een half uur bij elkaar, in je eigen vrije tijd, omdat het bombarderen van kinderen niet normaal is. Jullie doen dat opdat de slachtoffers niet worden vergeten. Jullie kiest partij, niet voor Israël of voor Hamas, maar partij voor de slachtoffers.

Jullie zijn erom bekritiseerd. Kranten schrijven dat ambtenaren objectief moeten zijn, het algemeen belang moeten dienen en de Nederlandse positie niet mogen ondermijnen. Jullie worden ervan beschuldigd met twee maten te meten: “Waarom protesteer je niet tegen de misdaden in Syrië, Yemen en Soedan?” Omdat dat niet nodig is. Omdat de Nederlandse regering aan de machthebbers in die landen geen onvoorwaardelijke steun heeft toegezegd bij de schending van mensenrechten en het doden van tegenstanders. Met betrekking tot Syrië, Yemen en Soedan is de regering laks, maar niet medeplichtig.

Jullie wordt verweten door tegen het Israël-beleid te protesteren een gevoel van onveiligheid te creëren bij mensen die het niet met jullie eens zijn. In het Nieuw Israëlitisch Weekblad wordt zelfs gesproken over de sit-in als een bedreiging, een uiting van antisemitisme.

Het is de omgekeerde wereld. Er valt hier geen onvertogen woord. Niemand wordt bedreigd. In toespraken die hier zijn gehouden is de Israëlische regering verantwoordelijk gehouden voor de schending van het oorlogsrecht en de mensenrechten. Dat is geen antisemitische. Integendeel. De sit-ins voor het ministerie van Buitenlandse Zaken zijn een stil protest tegen de schending van de Grondwet. Ze zijn een protest aan het adres van Nederlandse politici die in strijd met artikel 40 van die Grondwet het internationaal recht een poosje tussen haken zetten en de schending van mensenrechten vergoelijken. De sit-ins zijn een stille wake voor de slachtoffers, die van 7 oktober 2023 en alle dagen daarna.

Ambtenaren informeren politici uit hoofde van hun deskundigheid over alles in het buitenland dat raakt aan het Nederlands belang. Ook over gevoelens in andere landen over de positie die Nederland inneemt en de mogelijke gevolgen daarvan. Zij saboteren de uitvoering van het beleid niet, maar geven naar beste weten advies over het te voeren beleid aan hun ministers. Dat is hun plicht. En het is de plicht van politici om te luisteren, ook naar adviezen en informatie die politiek niet welgevallig is. Ambtenaren hebben het recht gehoord te worden en ministers hebben het recht om alle goed beargumenteerde adviezen te ontvangen, zonder dat hun inner circle ze wegsluist. De regering heeft het recht van ambtelijke adviezen af te wijken, maar zij heeft ook de plicht dat goed te beargumenteren. Geen business as usual. Geen makkelijke uitvlucht zoeken: ‘het is zoals het is’. Geen beroep op de coalitieverhoudingen in ons land, zeker niet nu Nederland geleid wordt door een niet-democratische eenmanspartij.

Er zijn ambtenaren met gewetensnood. Er zijn ambtenaren die niet aan de sit-ins deelnemen, maar in discussies binnen het ministerie iedere keer opnieuw het respect voor internationaal recht, mensenrechten en humaniteit vooropstellen. Iedere ambtenaar heeft het recht een eigen weg te zoeken. Velen worstelen met een ethisch dilemma, maar niemand is moreel verheven boven de anderen.

De kritiek moet zich niet richten op ambtenaren, maar op politieke leiders. Dat zijn politici als Netanyahu, Smotrich en Ben Gvir, die Palestijnen het recht ontkennen te bestaan, die hen ontmenselijken. Zij streven naar macht en naar een groot Israël waarin voor anderen geen plaats is. Die kritiek geldt ook de leiders van Hamas, die onschuldige Israëlische burgers hebben gedood en gegijzeld, en hun politieke doeleinden nastreven ongeacht het lot van hun eigen bevolking. Ook zij zijn verantwoordelijk. De kritiek richt zich ook op politici in de Verenigde Staten en Europa die zich lieten leiden door geopolitieke belangen of door angst voor hun electoraat of hun coalitiepartners.

Sommige politici zijn direct schuldig aan ontmenselijking, kindermoord en etnische zuivering. Anderen zijn er verantwoordelijk voor dat het ongehinderd kon doorgaan, dat slachtoffers crepeerden en niet geholpen werden, ook niet door organisaties als UNRWA die daarvoor speciaal door de internationale gemeenschap waren opgericht. Door niets te doen en het zelfs te vergoelijken zijn politici niet alleen medeverantwoordelijk, maar ook schuldig aan het niet voorkomen van steeds erger, het niet voorkomen van genocide. Ze verzaken hun plicht en worden medeplichtig. Om hen daarop te wijzen staan en zitten jullie hier: “Wij klagen aan. Uw wegkijken geschiedt niet in onze naam”.

Waarom zeg ik dit, nu er zicht is op een staakt het vuren? Omdat het niet voorbij is. Er staat de mensen in Israël, Gaza en de Westbank de komende dagen, weken, maanden en jaren nog veel te wachten. Er is nog geen definitieve wapenstilstand. Over een akkoord onderhandelen, bijna overeenstemming bereiken en tegelijkertijd tot op het laatste moment doorgaan met het ombrengen van talloze burgers is geen teken van een oprechte wil tot vrede. Het is meedogenloos.

Er is nog geen vrede, nog geen recht. Er zullen nog vele doden vallen. Er zullen nieuwe escalaties volgen. Er is nog geen politieke oplossing voor het conflict. Over wat die zou kunnen inhouden lopen de meningen wijd uiteen, zelfs meer dan twee jaar geleden. Duurzame vrede is nog lang niet in zicht.

Hoe zullen Nederlandse politici reageren? Zullen ze kiezen voor recht en mensenrechten? Zullen ze willen meewerken aan een definitieve oplossing die recht doet aan iedereen? Blijf waakzaam! 

 

Jan Pronk

Den Haag, 16 januari 2025

Uitgesproken tijdens de sit-in op het plein voor de deur van het ministerie van Buitenlandse Zaken, Rijnstraat 8, Den Haag