Jan Pronk

Gaza. ‘Niet in onze naam’

Rijnstraat 8, Den Haag, 20 maart 2025

“Waarom vindt deze sit-in nog steeds plaats? Jullie hebben je doel toch bereikt? Er is toch een wapenstilstand afgesloten?” Dat vragen omstanders en toeschouwers die langslopen, zonder de pas in te houden, haastig op weg naar hun werk of naar de trein.  Ons antwoord is duidelijk: we waren blij met de wapenstilstand, maar wisten: die is niet definitief. Van het begin af aan was de wapenstilstand broos. Hij kon zo weer geschonden worden of afgebroken. De wapenstilstand leek slechts te zijn gesloten om tijd te rekken. De indruk werd gewekt dat er nu echt onderhandeld ging worden, maar de feiten op de grond tonen iets anders. De echte vredeswil ontbreekt.   

We vertrouwden het niet. Helaas kregen we gelijk. Israël heeft de wapenstilstand geschonden. De bombardementen zijn hervat, opnieuw vallen er doden. De overeengekomen tweede fase van de wapenstilstand stond op het punt te beginnen, maar Israël kwam plotseling met nieuwe eisen, die haaks staan op wat met Egypte, Qatar en de VS was afgesproken. Israël eiste verlenging van de eerste fase van de wapenstilstand plus vrijlating van gijzelaars, niet aan het end van de onderhandelingen zoals was afgesproken, maar voordat die zouden worden hervat. Hamas ging daarmee niet akkoord en Israël hervatte de bombardementen.

In de afgelopen drie dagen zijn bijna zeshonderd doden gevallen. Grondtroepen trekken Gaza weer in. De grens voor humanitaire hulp is opnieuw dicht. Water en elektriciteit zijn afgesloten. De Netzarim corridor tussen het noorden en het zuiden van Gaza is door het Israëlische leger bezet. De Palestijnse bevolking is door de Israëlische autoriteiten verordonneerd, voor de zoveelste keer, naar elders te vertrekken maar ze kunnen geen kant op. Voorgespiegeld wordt dat het ergens anders veilig is, maar wie daar toevlucht zoekt wordt beschoten. Opnieuw worden ziekenhuizen en ambulances getroffen, niet per ongeluk, maar willens en wetens. De sophisticated technologie van het Israëlische leger met dodelijke drones, clustermunitie en precisiewapens, die doel treffen in het centrum van een ruim getrokken cirkel waarbinnen vrouwen en kinderen gelden als collateral damage, maakt vluchtelingen tot deelnemers aan een door anderen gespeeld wreed spel, een combinatie van jojo en Russische roulette.

Een wreed spel, inderdaad. Denkt u, mijnheer Rutte, vanuit het NAVO-hoofdkwartier in Brussel nog weleens terug aan de tijd dat u als premier van Nederland aanvallen op burgers beschreef in speltermen? U sprak over gamechangers en zei dat er geen rode lijnen waren. U zei dat alles wat Israël deed geoorloofd was, omdat het nu eenmaal voortvloeide uit een recht op zelfverdediging. U zei dit onvoorwaardelijk te steunen. Uw opvolger heeft zich daarvan niet gedistantieerd. Ook de huidige Nederlandse regering kijkt weg.

De nieuwe Israëlische legerbevelhebber heeft verklaard dat hij het werk van zijn voorganger zal voortzetten, maar dan ‘beter’. En minister van Defensie Katz verklaarde: “What comes next will be much harder and you will pay the full price.” De full price, alsof de prijs van 50.000 doden onder wie 15.000 kinderen nog niet genoeg is. Wat wordt beoogd? Honderdduizend doden? Iedereen? Nog meer oorlogsmisdaden? Genocide?

Sommigen in Israël stellen die vraag zelf ook. Een wanhopige Israëlische vrouw wist door te dringen tot de vergadering van de Knesset. Ze riep voorzitter Smotrich toe: “We dachten dat we in het Israëlische leger dienden. Maar dat is het niet. Het is The army of God’s vengeance”. Ze had het bij het rechte eind. Het doel van Netanyahu, Smotrich en Ben Gvir is: wraak, Gaza etnisch zuiveren, ontvolken en ausradieren, de Palestijnen verdelgen. 

Hamas heeft op 7 oktober 2023 onvergeeflijke misdaden gepleegd tegen ongewapende burgers. In eerdere toespraken bij deze sit-in hebben we Hamas veroordeeld. De daders moeten worden berecht. Maar er moet wel gepraat worden. Zonder praten geen vrede. Zonder onderhandelen komen de gijzelaars die nog in leven zijn niet vrij. Daarom heeft de internationale gemeenschap opgeroepen tot onderhandelingen tussen Israël en Hamas. De Verenigde Staten, Egypte en Qatar hebben Hamas maandenlang als gesprekspartner geaccepteerd. Er werden afspraken gemaakt waaraan Hamas zich op dit moment nog steeds houdt. Geen misverstand: de wapenstilstand is eenzijdig opgezegd, niet door Hamas maar door Israël.

Wat is er daarna gebeurd? Vredesbemiddelaar Verenigde Staten had Israël moeten oproepen zich aan de afspraken te houden. Dat deed Trump niet; integendeel. Netanyahu had alvorens de bombardementen te hervatten Washington op de hoogte gesteld en Trump heeft hem toen tegengehouden.  Hij ging er zelfs uitdrukkelijk mee akkoord en herhaalde woorden die hem in de mond bestorven liggen “All hell will break loose”. Let wel: in Gaza!

Dat is een terugkeer naar de jungle van de geopolitieke verhoudingen van voor de Tweede Wereldoorlog. Internationale instituties worden ontmanteld, internationaal recht terzijde geschoven, verdragen verscheurd als vodjes papier. Opnieuw tonen de Verenigde Staten zich een onbetrouwbare facilitator van vredesbesprekingen, een onbetrouwbare partner. Ukraine en Europa: pas op je tellen. Wanneer het straks gaat om vrede en veiligheid op Europees grondgebied sta je er alleen voor, wat er ook is beloofd.

Beseffen we dat in Europa? Het ziet er niet naar uit. De reacties vanuit de Europese hoofdsteden zijn lauw. Starmer, om een regeringsleider van een niet-EU lidstaat te citeren, noemde het sluiten van de grens en het stopzetten van de voorziening van voedsel, water, elektriciteit en humanitaire hulp ook nu weer een te rechtvaardigen actie voortvloeiend uit het recht op verdediging. Tegen wie? Tegen een uitgemergelde bevolking die om haar doden treurt en alleen maar kan hopen dat er niet nog meer zullen vallen?

De vorige spreker op de sit-in vandaag, Oxfam-directeur Michiel Servaes, kwalificeerde dit soort reacties als laffe politiek. Hij heeft gelijk. Eigenlijk is het erger dan politieke lafheid. Dit wegkijken en vergoelijken is kwaadwillig.

Dat geldt ook voor premier Schoof. Schoof zei dat het triest was wat er was gebeurd en dat hij bezorgd was over de situatie. Triest, mijnheer Schoof? Het is schandalig, misdadig. Durft u dat niet over de lippen te krijgen?

Bezorgd, mijnheer Schoof? U zou woedend moeten zijn, woedend over deze verkrachting van internationaal. Woedend over de hervatting van het uitmoorden van een bevolking, zogenaamd gerechtvaardigd met het telkens herhaald, doch nooit bewezen argument, dat zich tussen al die gedode vrouwen en kinderen een paar Hamas strijders zouden bevinden.

U riep beide partijen op zich te houden aan de afspraken van het wapenstilstandsakkoord.  Maar u weet toch, mijnheer Schoof, zoals ook VN Secretaris-Generaal Guterres heeft bevestigd, dat slechts één van de twee partijen de gemaakte afspraak heeft geschonden? Dat was Israël, niet Hamas. Beide partijen oproepen, zonder man en paard te noemen, is huichelachtig. Het is een loze kreet. Weet, mijnheer Schoof: “U spreekt niet in onze naam!”

 Als politicus luister ik met schaamte, plaatsvervangende schaamte, naar wat momenteel door de regering en de meerderheid van het parlement te berde wordt gebracht. Waarom veroordeelt u de plegers van oorlogsmisdaden niet, mijnheer Schoof? Ga u schamen!

En, ministers Veldkamp en Klever, wat heeft u gedaan? Wat deed u, mijnheer Veldkamp, toen de wapenstilstand eenmaal was uitgevaardigd? U weet dat wapenstilstanden gemakkelijk kunnen worden geschonden. Wat heeft u gedaan om dat te voorkomen? U beroemt zich op een speciale relatie tussen Nederland en Israël. Hoe heeft u die gebruikt?  U beroemt zich op uw kennis van de regio en uw ervaring als diplomaat. Wat heeft u daarmee gedaan? Heeft u er iedere dag opnieuw bij de ambassadeur in Den Haag of bij uw collega in Jeruzalem op aangedrongen zich aan de afspraken te houden? Achteraf iets betreuren is makkelijk. Het is onvoldoende en niet effectief. Een goed politicus kijkt vooruit, weegt de stappen die een partij zou kunnen nemen en probeert stappen in een verkeerde richting te voorkomen. Dat vereist politiek inzicht en diplomatieke vaardigheid. En diplomatie is iets anders dan vriendelijk met elkaar fluisteren achter gesloten deuren. Diplomatie is ook waarschuwen, soms ook openlijk en publiekelijk. En als het gaat om schendingen van internationaal recht moet diplomatie gepaard gaan met druk, politieke en economische druk en met acties om het voortouw te nemen in de EU en de Algemene Vergadering van de VN.

Mevrouw Klever, wat heeft u eigenlijk gedaan? U bent minister van ontwikkelingshulp en u dat betekent dat u ook verantwoordelijk bent voor humanitaire hulp. Die is tegenwoordig, nu op tal van plaatsen in de wereld het oorlogsgeweld toeneemt, meer dan ooit broodnodig. Dat geldt zeker in Gaza, dringend en op grote schaal. Vindt u dat u genoeg heeft gedaan?

Uw verantwoordelijkheid reikt verder dan het zelf verstrekken van hulp. Een minister van Ontwikkelingshulp dient zich er ook voor in te spannen dat de hulp de slachtoffers echt bereikt, dat grenzen opengaan, dat konvooien niet worden beschoten, dat UNRWA haar werk kan hervatten, dat andere humanitaire organisaties vrij toegang hebben om de slachtoffers te helpen. Humanitaire hulp is ook politiek. Verantwoordelijk zijn voor humanitaire hulpverlening houdt ook in dat u alles moet doen wat in uw vermogen ligt om te voorkomen dat er nog meer slachtoffers vallen. Heeft u dat gedaan? Heeft u, samen met andere donorlanden, geëist dat de strijdende partijen, Hamas en Israël, alles doen om burgerslachtoffers te voorkomen? Ook dat hoort bij uw taak, in het voetspoor van veel van uw voorgangers. Heeft u dat gedaan? Ik ben bang van niet. Ik ben bang dat u zich meer bezighoudt met het zekerstellen dat ontwikkelingshulp dienstbaar is aan het Nederlandse profijt dan aan het overleven van medemensen in andere landen. Schaamt u zich niet?

Morgen vindt in Brussel weer een topconferentie plaats van Europese regeringsleiders. We roepen hen op, en vooral de heer Schoof, premier in de stad die zich erop beroemt de internationale hoofdstad te zijn van vrede en recht, op die topconferentie niet alleen te spreken over de toekomstige eigen Europese veiligheid, maar de urgente actuele bedreiging van de veiligheid van de mensen in Gaza bovenaan de agenda te plaatsen.

En wij hier, zittend en staand voor het ministerie van Buitenlandse Zaken, zullen iedere week opnieuw terugkomen om de Nederlandse regering te herinneren aan de grondwettelijke plicht zich actief in te zetten voor de handhaving van de internationale rechtsorde. We laten niet los en zullen blijven komen, iedere donderdag, totdat er vrede is.

Jan Pronk

Toespraak 20 maart 2025

Uitgesproken tijdens de sit-in op het plein voor de deur van het ministerie van Buitenlandse Zaken, Rijnstraat 8, Den Haag