|
Augustus 2007
Vorige week heb ik mij aangemeld als kandidaat voorzitter van de Partij van de Arbeid. De komende maand gaan alle kandidaat-voorzitters zeven keer met elkaar in debat. Ik verheug me daar op. Ik ben benieuwd ben naar de standpunten van mijn gesprekspartners. Ik ben inderdaad een voorstander van een goed inhoudelijk politiek debat binnen onze partij. Ik merk dat men schrikt als ik een uitgesproken standpunt inneem over zaken als het Irak-onderzoek, het ontslagrecht of de topinkomens. Dat zijn gevoelige, maar belangrijke onderwerpen. Een levende politieke partij zoekt zelfbewust het debat over actuele maatschappelijke vragen. Zij formuleert daarover heldere standpunten, die recht doen aan de politieke werkelijkheid, maar geworteld zijn haar beginselen. Een stevige interne discussie versterkt de positie van een partij ten opzichte van andere partijen, coalitie partners zowel als oppositie. Wanneer interne discussies open worden gevoerd kunnen kiezers een partij niet verwijten dat standpunten zonder overleg met de basis zijn gevormd. Wanneer zij die indruk krijgen, wenden zij zich af.
Hoe organiseren we ons en hoe komen we tot besluitvorming waarbij partijleden zich daadwerkelijk gehoord weten? Hoe versterken we het clubgevoel? Tijdens de sessies in het land zal ik goed luisteren naar ideeën die de leden hierover hebben. Hoe kan het partijbureau optimaal functioneren? Hoe kan het Congres zo goed mogelijk in staat worden gesteld om langs democratische weg beslissingen te nemen? Welke rol is er weggelegd voor het Politiek Forum? Wat is de plaats van neveninstellingen als de EVS en de Wiardi Beckman Stichting? Hoe versterken we de positie van de leden? Hoe stellen wij hen in staat op het niveau van de afdelingen en de gewesten een inbreng te hebben die doorklinkt?
Vooral over het Politiek Forum wordt veel gepraat. Er lijkt overeenstemming te bestaan over het nut van een platform tussen de informele netwerken en het Congres. Maar terecht worden er vraagtekens geplaatst bij het democratisch gehalte (namens wie spreekt het Forum eigenlijk?) en de vrijblijvendheid van de discussies binnen het Forum. Willen we uitspraken een meer bindend karakter geven, dan wordt de vraag naar de democratische basis nog indringender. Natuurlijk kunnen we ook zoeken naar andere vormen en methoden van inspraak. Dat gesprek zal ik zeker niet uit de weg gaan. Maar de revitalisering van de sociaaldemocratie lijkt momenteel meer gediend met stevige debatten over de inhoud dan met langdurige en telkens herhaalde organisatievernieuwingen.
Ik kan me vinden in de opdrachten die de commissie Vreeman heeft geformuleerd in haar rapport De scherven opgeveegd. De eerste opdracht (inzetten op een krachtiger koppeling tussen beginselen en beleid) is mij uit het hart gegrepen. Dat vergt de moed om fundamentele debatten te voeren, eerst intern en dan met de buitenwereld. De tiende opdracht (politiek beoefenen met passie) sluit daar naadloos op aan. En wat zou de aanbeveling om permanent campagne te voeren anders kunnen inhouden dan permanent het debat aan te gaan?
29 Augustus 2007
|
|